‘Praktijkboek Dynamische Oordeelsvorming. Een middel tot ontwikkeling van mens en organisatie’
Martin van den Broek e.a.

Nadat ik het praktijkboek ‘Dynamische Oordeelsvorming, een middel tot ontwikkeling van mens en organisatie’, had uitgelezen, vroeg ik me af, wat heb ik nu eigenlijk gelezen?

Laat ik beginnen bij het begin. Soms is het aantrekkelijk om als begin, achter in een boek bij de conclusie te beginnen om dan, daarna de hoofdstukken op te zoeken die je interessant lijken. Dit is bij dit werkboek geen goed idee. Dit boek begint echt bij het begin. Het voorwoord van Prof. A.A. Kampfraath komt meteen ter zake door Lex Bos te noemen die in 1967 aan zijn proefschrift begon en met ‘Oordeelsvorming in groepen’ in 1974 promoveerde.
Lex was al jaren gefascineerd door wat zich afspeelde in groepen als het ging om besluiten nemen en besluiten uitvoeren. Zijn grote verdienste was dat hij er in geslaagd is de betekenis van de gevoelens van de in de besluitvorming participerende mens in zijn model mee te nemen. Kampfraath kijkt vol waardering op deze tijd terug.

Na dit Voorwoord is er een Leeswijzer, deze is in duidelijke taal, kort en krachtig en geeft je de nodige handvatten en inzichten om frustraties en irritaties over afkortingen en formuleringen te voorkomen. De laatste woorden zijn ‘veel leesplezier! ‘.
Je denkt dus nu te beginnen, maar nee, hierna volgt de Inleiding, geschreven door Marjolein Thiebout en Martin van den Broek. Deze inleiding kun je beschouwen als een extra verpakkingspapier om het cadeau dat je al in handen hebt, dus nog even geduld, je bent er bijna. Overslaan? Niet aan te raden, want het is een soort wegbewijzering door het boek heen, die praktisch en nuttig is. Er zijn verschillende korte hoofdstukken gemaakt met koppen zoals: Waarom en waartoe dit praktijkboek; Voor wie bestemd?; Waar het werkelijk om gaat; Toelichting op de praktijkbeschrijvingen en een Ten slotte. Je ziet al aan de titels dat het een verdiepende aanvulling op de Leeswijzer is.

Deel 1: ‘Dynamische Oordeelsvorming’, Martin van den Broek.
Twee belangrijke onderwerpen komen hier aan de orde: het model Dynamische Oordeelsvorming en de Woorden-Daden-lemniscaat. Toch klinkt ook hier de stem van Lex Bos, die, voordat je je in het model verdiept, zijn perspectief van kijken meegeeft: ‘Dynamische Oordeelsvorming is niet alleen een model; je kunt het zien als een filosofie, een mensbeeld, een theorie, een methode en instrument’. Voor mij klinkt het als waarschuwing: laat het model innerlijk bij je in beweging blijven. Martin zet het model en de Woorden-Daden-lemniscaat glashelder neer, hier spreekt de jarenlange ervaring.

Deel 2: ‘Individuele basistoepassingen van Dynamische Oordeelsvorming’, Martin van den Broek.
Dit deel is ontstaan uit samenwerking van Martin met collega’s. Binnen Stichting Dialoog zijn de toepassingen in de loop der jaren ontwikkeld en in praktijk gebracht. Hij heeft deze individuele toepassingen van het model ontwikkeld, nadat gebleken was dat deelnemers in de praktijk het moeilijk vonden om alleen verder te gaan. Nu kunnen ze gebruikt worden ter voorbereiding op het werken met Dynamische Oordeelsvorming in groepen. Het laatste hoofdstuk hiervan heeft hij samen met Marjolein Thiebout geschreven.

Ook in dit deel 2 valt je de heldere opzet en taalgebruik op waardoor je de tekst vlot kunt lezen en tegelijk wordt het je duidelijk: met lezen alleen ben je er niet. Het is niet voor niks een Praktijkboek genoemd: je moet het in de praktijk gaan doen om de verhelderende werking in jezelf te gaan beleven en de eventuele valkuilen te ondervinden. Je vormt al oefenend je eigen instrument en dit betekent dat je je zelf tegenkomt met al je vaardigheden en blinde vlekken, met je voorliefdes en je antipathieën. Blijf je alleen lézen dan ontdek je maar een stukje van het model, het geraamte zonder leven. Er staan gelukkig genoeg praktische lokkers in de titels om het eens uit te proberen. Wie wil nu niet eens een poging wagen om effectief een klachtenbrief volgens deze werkwijze te schrijven en te ontdekken wat voor resultaat dit heeft? Of als je in een gesprek of vergadering zit en het je echt niet meer boeit, de oefening toe te passen van het ‘buiten- en binnenoor’? Alleen al de naam maakt nieuwsgierig.
Onderwerpen die aan bod komen: Introvisie; Probleemverkenning; Van discussie naar dialoog; Buitenoor-binnenoor methode; Gesprekken voorbereiden, voeren en evalueren; Effectief reageren op schriftelijke verzoeken en klachten; Effectief schrijven van klachtenbrieven en verzoeken; Feedback voorbereiden, geven en evalueren; Voorbereiden van een slechtnieuwsgesprek; Coachen en Intervisie.

Af en toe worden de hoofdstukken onderbroken door ‘Thema’s’. Het zijn toelichtingen op situaties en vragen die in de hoofdstukken aan de orde komen en apart aandacht krijgen. Zoals in deel 2 bijv. de ‘Functie van het gevoel in het oordeelsvormingsproces’.

Deel 3: ‘Basistoepassingen van Dynamische Oordeelsvorming in groepen’, Martin van den Broek.
In dit deel worden beschreven vijf toepassingen op groeps- en organisatieniveau van het model Dynamische Oordeelsvorming in combinatie met de Woorden-Daden-lemniscaat. Deze toepassingen zijn eveneens samen met andere collega’s ontwikkeld. Het motto boven het eerste hoofdstuk ‘Zo gezegd, zo gedaan…?’ geeft al aan dat het werk in de beschreven toepassingen niet vanzelfsprekend van een leien dakje gaat. De individuele weg wordt verlaten en de besluitvorming in groepen  of organisaties komt nu aan bod. Onderwerpen die uitgebreid behandeld worden: Vergaderen, besluiten en uitvoeren; de rol van Dynamische Oordeelsvorming bij beleidsontwikkeling; Cultuurverandering in organisaties, etc. . Deel 3 wordt afgesloten met het Thema: ‘Oordeelsvervuilers’.

Deel 4: ‘Praktijkbeschrijvingen’.
Negentien mensen beschrijven hierin hun werkervaringen. Tot slot vertelt Jan Vis over zijn ervaring met Dynamische Oordeelsvorming in een in 2009 gehouden interview. Hier zie je de grote verscheidenheid aan mogelijkheden om met de methode Dynamische Oordeelsvorming en Woorden-Daden-lemniscaat te werken. De kleine quotes verdeeld over het boek zijn ook van die kleine doorkijkjes, waardoor je ziet wat het voor sommige mensen betekend heeft te werken met dit model.
In bijv. het hoofdstuk ‘Biografische coaching van ouders’, van Vera G. Klein, vind je een geheel eigen ontwikkeld ‘product’ om vanuit het model Dynamische Oordeelsvorming met ouders te werken. Tegelijk beleef je aan het gespreksvoorbeeld hoe belangrijk het is dat diegene die vanuit het model gaat werken, dit echt in zich opgenomen heeft en de stof echt verteerd heeft. Dus niet volgens het schema maar vanuit de levende werkelijkheid van de wetmatigheden. Vera heeft, door goed te luisteren en goed te kijken naar de echte vraag, een echt eigen werkwijze ontwikkeld. Als je dat wat zij doet nader gaat onderzoeken, dan worden de oorspronkelijke uitgangspunten weer zichtbaar. Door haar manier van toepassen krijgt het een authentieke kleur.
Dit beleef je ook in het verslag van Frits Prins, die door de ‘vlinders in zijn buik’, vanuit vragen leeft en gedurende zijn beschreven loopbaan hierdoor ‘beweeglijk’ blijft. Er staan ook ervaringen beschreven over minder gemakkelijke trajecten waar mensen, die weliswaar enthousiast waren maar die ook weerstand ondervonden, geworsteld hebben om het vol te houden, of waar trainingen gestopt werden.
De bijdragen, die zijn opgenomen over het werken met het model, zijn kleurrijk en levensecht. Ze zijn een mooi tegenwicht voor het meer theoretische gedeelte. Zoals Bert Duiverman over Cultuurverandering bij een bankinstelling; Ron Henkes over Procesbegeleiding na een bedrijfsongeval; en Ted van Baarda over de betekenis van het model in geval van morele dilemma’s.
In een Thema gaat Marjolein Thiebout in op het ‘Wat, Wie en Hoe in oordeelsvorming’. Dimensies van inhoud, persoon/relatie en procedure bezien vanuit model Dynamische Oordeelsvorming. In het daarop aansluitende hoofdstuk werkt zij met dit onderscheid in mediationgesprekken.
Een ander Thema in deel 4 gaat over ‘Ontwikkeling van het oordeelsvermogen in de menselijke levensloop’.

Het hart van het boek klopt voor mij in het tweede Thema: ‘Dynamische Oordeelsvorming als agrarische bezigheid’. Daar ontvouwt zich de opzet van Lex Bos, waar de dynamiek van methode en werkwijze zichtbaar is. De vraagstelling, waarvan je uitgaat bij het vormen van een oordeel, en de behoefte, die achter je vraag schuil gaat naar het vinden van een antwoord, zijn samen als een kiemkrachtig zaad. Daarin ligt het antwoord al besloten, zoals in de kastanje de hele boom besloten ligt. Je kunt zeggen dat het verzorgen een agrarische bezigheid is, maar bovenal dat het een menselijke activiteit is: de aandacht voor datgene wat iets behoeft. De vraag is: wat? Daar kun je achter komen door het pad van Dynamische Oordeelvorming op te gaan. Door vragen te blijven stellen naar de feiten, naar wat er in de lucht hangt en zichtbaar wil worden, naar het doel of de drijfveren, naar de concrete mogelijkheden of middelen. Jij bent zelf de ‘tuinder’ die alleen of met de ander met aandacht en interesse de bevindingen op weg beziet en in zich opneemt. Door de aandacht en geduld op te brengen om te wachten kan de vraag, die als zaad verborgen ligt, zich openbaren:  die ontvouwt zich op zijn eigen tijd en in zijn eigen tempo.
Toen ik me afvroeg wat ik nu eigenlijk gelezen had, begon me dit langzaam duidelijk te worden:
het is een boek dat zich in je ontvouwt, dat wat je leest is een imposant werk en misschien vele malen groter dan je had verwacht. Toch zat het allemaal al als mogelijkheid in die kleine oorspronkelijke kiem besloten.

Deel 5 ‘Stichting Dialoog’
Dit laatste deel bevat feitelijke informatie over de activiteiten van Stichting Dialoog, waarin opleiding centraal staat. Door het opleiden van trainers en procesbegeleiders wil de stichting deze werkwijze verspreiden. De verschillende trainingen en mogelijkheden worden beschreven.
Leuk is om van de impuls die Lex Bos gestart is, de ontwikkeling te lezen van toen tot nu. Ook de internationale tak wordt beschreven en de website genoemd waar je meer informatie kunt vinden.  Verder vind je achter in het boek een goede literatuurlijst per hoofdstuk. In de bijlage staan voorbeelden van karakteristieke begrippen voor de vijf velden en over de auteurs zijn korte biografieën te lezen, aan het eind staat een register.

In het nawoord kijkt Martin van den Broek terug op de wordingsgeschiedenis, waarbij hij afsluit met twee teksten uit de concept-voorwoorden van Lex Bos uit 2006 en 2005. In de dankbetuiging namens het bestuur van Stichting Dialoog (Marjolein Thiebout en Ron Henkes) wordt de vreugde zichtbaar dat het gelukt is om 40 jaar na het verschijnen van het proefschrift van Lex Bos, met zo’n prachtig boek te komen. En dat kan ik alleen maar bevestigen: het is een interessant leer- en een kleurrijk praktijkboek.

Marijke Steenbruggen

 

Praktische gegevens:

Titel: Praktijkboek  Dynamische Oordeelsvorming. Een middel tot ontwikkeling van mens en organisatie. Martin van den Broek e.a.

Redactie: Marjolein Thiebout en Martin van den Broek

Prijs: € 47,50

ISBN 978 90 6238 873 8

Omvang: 538 bladzijden, gebonden, kleurrijke tekeningen, bijlage
© Stichting Dialoog®

Uitgever: Uitgeverij Christofoor

Doelgroep:

Managers van afdelingen, projecten, scholen, kleine en grote instellingen en bedrijven, trainers, coaches, therapeuten, mediators, procesbegeleiders en particulieren die interesse hebben in deze werkwijze.

 

 

Deze training is bedoeld voor jou, als je de behoefte hebt jouw oordeelsvermogen en gespreksvaardigheid verder te ontwikkelen en je wilt onderzoeken of en hoe Dynamische Oordeelsvorming jou daarbij kan helpen. Bijvoorbeeld omdat je veel gesprekken voert, coacht, vergadert of onderhandelt. Lees meer

Ga direct naar de netwerk-website van Dialoog, het uitwisselingsplatform over Dynamische Oordeelsvorming. Lees meer

Breng dat wat je leest ook in praktijk....! Heb je lang of kort geleden kennisgemaakt met Dynamische Oordeelsvorming (DO) en wil je graag eens oefenen, ervaringen uitwisselen, andere mensen ontmoeten die werken met DO? Lees meer